De manier waarop we een mobiele telefoon gebruiken is radicaal anders dan de manier waarop we een PC of een laptop gebruiken. Dat is belangrijke informatie voor een mobiele app developer. Het zorgt namelijk dat hoe we een mobiele app kunnen testen op gebruiksgemak en doeltreffendheid, ook fundamenteel anders is dan de wijze waarop desktop-applicaties klaargemaakt kunnen worden voor de markt. Natuurlijk speelt het feit mee dat een smartphone kleiner is, en vaak een touchscreen als enige inputmogelijkheid heeft, maar er is meer. Wat maakt een mobiel apparaat zo anders, en hoe heeft het ons gedrag in zijn korte geschiedenis al veranderd?
Sociale connectie
Toen de eerste mobiele telefoons op de markt kwamen, waren dat simpele apparaten. Deze “koelkasten” zoals ze later soms gekscherend werden genoemd waren niets anders dan een “mobiele” “telefoon”: een draagbaar toestel waarmee telefoontjes konden worden gepleegd. Bereik was er lang niet overal en binnenshuis was het vaak helemaal een drama.
Nu, jaren later, is het mobieltje gemeengoed geworden en zelfs de meestgebruikte manier om met elkaar te communiceren. De wetenschap dat men de telefoon altijd bij zich had, leidde tot een verandering in de manier waarop mensen communiceerden, hun dag planden, en op welke wijze ze ergens met elkaar afspraken. Samen met de groei van het aantal barretjes, winkelcentra en andere “hangplekken”, zorgde de mobiele telefoon er voor dat je globaal ergens kon afspreken in plaats van op een precieze plek op een precies tijdstip. Vanaf nu kon je in de buurt wachten tot de ander zou aankomen en je zou bellen om de precieze ontmoetingslocatie verder te bespreken.
Dit is een voorbeeld van verandering in gedrag, veroorzaakt door de mobiele telefoon. Een andere verandering is het constante gevoel dat je naaste vrienden en familie “dichtbij” zijn doordat je ze op ieder moment kan bereiken, ze kan laten weten dat je aan ze denkt en ze op de hoogte houden van zaken die hen aangaan, en vice versa.
Tieners zijn aan de ene kant zelfstandiger geworden door het gebruik van deze mobieltjes, maar aan de andere kant kunnen ouders juist beter zicht krijgen op waar hun zonen en dochters zijn.
De “altijd-aan”, “altijd bij je” en “altijd bereikbaar” kenmerken van een mobiel apparaat hebben gezorgd voor meer “awareness” bij de gebruikers ervan, het gevoel van op de hoogte zijn van zaken en mensen. Als gebruiker van een mobiel apparaat ben je meer dan ooit op de hoogte van de wereld om je heen, iets wat mede gegroeid is doordat mobiele internet-bundels gemeengoed zijn geworden. Het inspireert tot meer communicatie met de wereld en de mensen die ons dierbaar zijn.
Ook hierin is ons gedrag veranderd. De mobiele telefoon is tegenwoordig de meestvoorkomende connectie tussen ons en de mensen om ons heen. Dit uit zich in veel, korte sessies met de mobiele telefoon, die niet meer aan een plaats gebonden zijn. Let op, dit is iets wat fundamenteel anders is dan de manier waarop we een computer gebruiken, namelijk voor een langere tijd en gebonden aan een specifieke locatie.
De snelle interacties met de mobiele telefoon die “wanneer dan ook” en “waar dan ook” kunnen plaatsvinden vragen daarom om een geheel ander design voor, een ander soort onderzoek naar, en evaluatie van wat een goed functionerende app maakt.
Naast sociale connectie als onderscheidend kenmerk van mobiele telefoons versus andere apparaten, zijn er ook het kunnen vastleggen van de omgeving en zogenaamde contextuele gewaarwording.
Vastleggen van de omgeving
Tot de eerste jaren van het nieuwe millennium, waren woorden vrijwel de enige manier om ter plekke uit te kunnen leggen aan degene aan de andere kant van de lijn waar je was, wat je zag, welke vorm van transport je gebruikte, et cetera. De ander op een directe manier meenemen in jouw beleving en omgeving, was beperkt tot hoe goed je het kon uitleggen.
Later echter begonnen er mobiele telefoons op de markt te komen die een cameramodule hadden ingebouwd. Hoewel ze in termen van beeldkwaliteit beperkt waren, was er nu wel opeens een nieuwe manier om visueel momenten te kunnen delen met anderen.
Dit kon aanvankelijk alleen met de multimedia tegenhanger van de SMS, de MMS (Multimedia Messaging Service). Omdat MMS vrij duur was en niet altijd even goed werkte, werd hier echter niet veel gebruik van gemaakt. Het was pas later, toen internet op de mobiele telefoons gemeengoed werden en de eerste apps verschenen dat de telefoon veranderde van een medium voor het delen van woorden, naar een medium waarmee ook rijkere, visuele content instantaan kon worden gedeeld.
Let op, want ook dit was een heuse transformatie van gedrag. Waar het delen van foto’s en video’s voorheen een bijzondere aangelegenheid was, wat je deed tijdens een bezoek aan vrienden of familie om samen het album door te bladeren, werd het nu normaal om dit te doen vrijwel direct na het moment dat de foto genomen was. Zonder de tussenkomst van een digitale camera, een kabel, een PC en email, en met een potentieel veel groter publiek.
Deze revolutie is nu in verder gegaan met videobellen en zelfs het live streamen van video vanaf de mobiele telefoon. Naast de sociale component, heeft dit ook tot een gedragsverandering geleid in hoe mensen invulling geven aan hun mondigheid en die versterken. Details van oorlogen, misstanden en anderen gewaar laten worden van de wereld waarin we leven worden nu door de gewone man aan de wereld getoond, volgens onderzoek viel zo’n 11 procent van de gedeelde video’s op de toen populaire website Qik onder de categorie “burgerparticipatie”. Dat is, het brengen van nieuws, het delen van politiek geladen boodschappen of educatie.
Met andere woorden, ook dit toont aan dat de mobiele telefoon gedragsverandering veroorzaakt heeft, en een geheel nieuwe benadering nodig heeft als het gaat om onderzoek naar wat de gebruiker wil, kan en nodig heeft. Gisteren was bovenstaande de definitie van wat een mobiele telefoon kon, morgen is het alweer anders. Zo kan de gebruiker met allerlei sensoren, uiteraard gekoppeld aan of in de mobiele telefoon, zijn of haar omgeving, gezondheid en sociale netwerk in kaart brengen.
Contextuele gewaarwording
Toen de eerste mobiele telefoons op de markt kwamen, ging er een “dom blondje” mop rond waarbij zij haar mobiele telefoon opnam met “Hoe weet je dat ik hier zit?”. Nu ligt de overgang van vaste telefoon naar mobiele telefoon ver achter ons en is bovenstaande daarmee een stuk minder grappig, maar het toont wel een belangrijk kenmerk van de mobiele telefoon. Telefoon en locatie waren vanaf dat moment namelijk niet meer aan elkaar gekoppeld. Vandaar dat misschien wel de meest gestelde vraag die via de mobiel gevraagd wordt, “Waar ben je?” is.
Zodra het technisch mogelijk werd, werd er hard gewerkt om deze missende contextuele informatie op andere manieren te kunnen verkrijgen. Eerst was er de contextuele informatie die verkregen werd door de locatie van de dichtstbijzijnde zendmast op te vragen. Op die manier was een globale locatiebepaling mogelijk en konden er locatiesuggesties gegeven worden aan de gebruiker die bijvoorbeeld op dat moment een foto deelde om aan die foto een locatie te hangen. Het integreren van GPS (Global Positioning System) in smartphones versnelde dit proces.
Hoewel het ontbreken van informatie over de fysieke locatie toebehorend aan een telefoon een probleem is dat vroeger met de vaste telefoon überhaupt niet bestond (een vaste telefoon gaat immers nergens naar toe), is het op zijn minst opzienbarend te noemen dat men dat ontstane gat ook weer spoedig heeft weten te vullen en mobiele telefoons inmiddels nauwkeuriger en zelfs preciezer aan een locatie gekoppeld kunnen zijn dan een vaste telefoon zonder gps.
Inmiddels worden via sites / apps als Facebook, massaal locaties gedeeld behorend bij een status update. Dit leidt volgens onderzoek mogelijk ook weer tot ontmoetingen van gebruikers die bijvoorbeeld zien dat een buitenlandse kennis in de buurt is.
Nieuwe toevoegingen aan de hardware van een mobiele telefoon geven nog meer context. Een kompas kan samen met gps en navigatiesoftware een all-in-one oplossing bieden voor het gemakkelijk en onbezorgd reizen van a naar b. Dit versterkt een effect wat in gang is gezet door de GPS nagivatiesystemen als TomTom, namelijk dat mensen minder tijd inplannen voor een reis naar een onbekende bestemming, omdat ze direct door de apparatuur worden geleid naar de juiste bestemming. Weer een gedragsverandering dus.
Een andere context- en waarnemingsversterkende technologie zijn de sensoren die hartslag, bloeddruk, snelheid, aantal stappen et cetera kunnen meten en communiceren aan de gebruiker die op die manier inzicht krijgt in bijvoorbeeld sportprestaties en successen kan delen met anderen.
Contextuele waarneming is misschien wel de grootste revolutie binnen de evolutie van de mobiele telefoon. Google Maps (en Android) sturen continu gegevens over jouw snelheid en locatie naar Google, die dat weer doorgeeft aan andere Google Maps gebruikers om die zo accurater te informeren over verkeersomstandigheden. We kunnen daarom strakker plannen, wat zoals eerder gezegd ook weer een gedragsverandering is.
De vele sensoren in een smartphone maken het als apparaat zo veel meer, maar vooral zo anders dan een desktop of laptop, dat applicaties bouwen voor deze apparaten een fundamenteel ander proces nodig hebben. Applicaties die gebruik maken van de vele krachtige sensoren van een smartphone, vereisen daarom A) gedetailleerd onderzoek naar de omgeving waarin ze gebruikt worden en B) hebben een langer test traject nodig. En met testen bedoel ik “in het veld” door echte gebruikers. Hoe een gebruiker zijn reis plant, waar een sportende gebruiker allemaal komt, waar de app vooral gebruikt wordt, welke sensoren gebruikt kunnen worden voor een nog betere gebruikerservaring, allemaal belangrijke gegevens die niet of nauwelijks naar voren zullen komen in een steeds herhaalde test in een afgebakende setting. Omdat het onmogelijk is om gebruikers voor langere tijd te observeren, is het daarom nodig op een nieuwe, meer dynamische manier de gebruiksvriendelijkheid en doeltreffendheid van een app te testen, in een vaak wisselende dynamische omgeving, niet vergelijkbaar met desktopapplicaties.
Samengevat kunnen we concluderen dat de smartphone in mogelijkheden, locatie en wijze van gebruik zo veel rijker en diverser is dan een PC of laptop, we een nieuwe manier moeten vinden om een complete, goed geteste en gebruiksvriendelijke app op de markt te zetten die “echt klopt”.
In toekomende blogposts wil ik terugkomen en dieper ingaan op wat deze vernieuwende manieren van evalueren dan zijn.
Deze blog post is geschreven door Arjan van der Laan en heeft als belangrijkste bron het boek Building Mobile Experiences.
Waarom een mobiele app een andere wijze van onderzoek en ontwikkeling vereist
Rotterdam, 11 februari 2016
De manier waarop we een mobiele telefoon gebruiken is radicaal anders dan de manier waarop we een PC of een laptop gebruiken. Dat is belangrijke informatie voor een mobiele app developer. Het zorgt namelijk dat hoe we een mobiele app kunnen testen op gebruiksgemak en doeltreffendheid, ook fundamenteel anders is dan de wijze waarop desktop-applicaties klaargemaakt kunnen worden voor de markt. Natuurlijk speelt het feit mee dat een smartphone kleiner is, en vaak een touchscreen als enige inputmogelijkheid heeft, maar er is meer. Wat maakt een mobiel apparaat zo anders, en hoe heeft het ons gedrag in zijn korte geschiedenis al veranderd?
Sociale connectie
Toen de eerste mobiele telefoons op de markt kwamen, waren dat simpele apparaten. Deze “koelkasten” zoals ze later soms gekscherend werden genoemd waren niets anders dan een “mobiele” “telefoon”: een draagbaar toestel waarmee telefoontjes konden worden gepleegd. Bereik was er lang niet overal en binnenshuis was het vaak helemaal een drama.
Nu, jaren later, is het mobieltje gemeengoed geworden en zelfs de meestgebruikte manier om met elkaar te communiceren. De wetenschap dat men de telefoon altijd bij zich had, leidde tot een verandering in de manier waarop mensen communiceerden, hun dag planden, en op welke wijze ze ergens met elkaar afspraken. Samen met de groei van het aantal barretjes, winkelcentra en andere “hangplekken”, zorgde de mobiele telefoon er voor dat je globaal ergens kon afspreken in plaats van op een precieze plek op een precies tijdstip. Vanaf nu kon je in de buurt wachten tot de ander zou aankomen en je zou bellen om de precieze ontmoetingslocatie verder te bespreken.
Dit is een voorbeeld van verandering in gedrag, veroorzaakt door de mobiele telefoon. Een andere verandering is het constante gevoel dat je naaste vrienden en familie “dichtbij” zijn doordat je ze op ieder moment kan bereiken, ze kan laten weten dat je aan ze denkt en ze op de hoogte houden van zaken die hen aangaan, en vice versa.
Tieners zijn aan de ene kant zelfstandiger geworden door het gebruik van deze mobieltjes, maar aan de andere kant kunnen ouders juist beter zicht krijgen op waar hun zonen en dochters zijn.
De “altijd-aan”, “altijd bij je” en “altijd bereikbaar” kenmerken van een mobiel apparaat hebben gezorgd voor meer “awareness” bij de gebruikers ervan, het gevoel van op de hoogte zijn van zaken en mensen. Als gebruiker van een mobiel apparaat ben je meer dan ooit op de hoogte van de wereld om je heen, iets wat mede gegroeid is doordat mobiele internet-bundels gemeengoed zijn geworden. Het inspireert tot meer communicatie met de wereld en de mensen die ons dierbaar zijn.
Ook hierin is ons gedrag veranderd. De mobiele telefoon is tegenwoordig de meestvoorkomende connectie tussen ons en de mensen om ons heen. Dit uit zich in veel, korte sessies met de mobiele telefoon, die niet meer aan een plaats gebonden zijn. Let op, dit is iets wat fundamenteel anders is dan de manier waarop we een computer gebruiken, namelijk voor een langere tijd en gebonden aan een specifieke locatie.
De snelle interacties met de mobiele telefoon die “wanneer dan ook” en “waar dan ook” kunnen plaatsvinden vragen daarom om een geheel ander design voor, een ander soort onderzoek naar, en evaluatie van wat een goed functionerende app maakt.
Naast sociale connectie als onderscheidend kenmerk van mobiele telefoons versus andere apparaten, zijn er ook het kunnen vastleggen van de omgeving en zogenaamde contextuele gewaarwording.
Vastleggen van de omgeving
Tot de eerste jaren van het nieuwe millennium, waren woorden vrijwel de enige manier om ter plekke uit te kunnen leggen aan degene aan de andere kant van de lijn waar je was, wat je zag, welke vorm van transport je gebruikte, et cetera. De ander op een directe manier meenemen in jouw beleving en omgeving, was beperkt tot hoe goed je het kon uitleggen.
Later echter begonnen er mobiele telefoons op de markt te komen die een cameramodule hadden ingebouwd. Hoewel ze in termen van beeldkwaliteit beperkt waren, was er nu wel opeens een nieuwe manier om visueel momenten te kunnen delen met anderen.
Dit kon aanvankelijk alleen met de multimedia tegenhanger van de SMS, de MMS (Multimedia Messaging Service). Omdat MMS vrij duur was en niet altijd even goed werkte, werd hier echter niet veel gebruik van gemaakt. Het was pas later, toen internet op de mobiele telefoons gemeengoed werden en de eerste apps verschenen dat de telefoon veranderde van een medium voor het delen van woorden, naar een medium waarmee ook rijkere, visuele content instantaan kon worden gedeeld.
Let op, want ook dit was een heuse transformatie van gedrag. Waar het delen van foto’s en video’s voorheen een bijzondere aangelegenheid was, wat je deed tijdens een bezoek aan vrienden of familie om samen het album door te bladeren, werd het nu normaal om dit te doen vrijwel direct na het moment dat de foto genomen was. Zonder de tussenkomst van een digitale camera, een kabel, een PC en email, en met een potentieel veel groter publiek.
Deze revolutie is nu in verder gegaan met videobellen en zelfs het live streamen van video vanaf de mobiele telefoon. Naast de sociale component, heeft dit ook tot een gedragsverandering geleid in hoe mensen invulling geven aan hun mondigheid en die versterken. Details van oorlogen, misstanden en anderen gewaar laten worden van de wereld waarin we leven worden nu door de gewone man aan de wereld getoond, volgens onderzoek viel zo’n 11 procent van de gedeelde video’s op de toen populaire website Qik onder de categorie “burgerparticipatie”. Dat is, het brengen van nieuws, het delen van politiek geladen boodschappen of educatie.
Met andere woorden, ook dit toont aan dat de mobiele telefoon gedragsverandering veroorzaakt heeft, en een geheel nieuwe benadering nodig heeft als het gaat om onderzoek naar wat de gebruiker wil, kan en nodig heeft. Gisteren was bovenstaande de definitie van wat een mobiele telefoon kon, morgen is het alweer anders. Zo kan de gebruiker met allerlei sensoren, uiteraard gekoppeld aan of in de mobiele telefoon, zijn of haar omgeving, gezondheid en sociale netwerk in kaart brengen.
Contextuele gewaarwording
Toen de eerste mobiele telefoons op de markt kwamen, ging er een “dom blondje” mop rond waarbij zij haar mobiele telefoon opnam met “Hoe weet je dat ik hier zit?”. Nu ligt de overgang van vaste telefoon naar mobiele telefoon ver achter ons en is bovenstaande daarmee een stuk minder grappig, maar het toont wel een belangrijk kenmerk van de mobiele telefoon. Telefoon en locatie waren vanaf dat moment namelijk niet meer aan elkaar gekoppeld. Vandaar dat misschien wel de meest gestelde vraag die via de mobiel gevraagd wordt, “Waar ben je?” is.
Zodra het technisch mogelijk werd, werd er hard gewerkt om deze missende contextuele informatie op andere manieren te kunnen verkrijgen. Eerst was er de contextuele informatie die verkregen werd door de locatie van de dichtstbijzijnde zendmast op te vragen. Op die manier was een globale locatiebepaling mogelijk en konden er locatiesuggesties gegeven worden aan de gebruiker die bijvoorbeeld op dat moment een foto deelde om aan die foto een locatie te hangen. Het integreren van GPS (Global Positioning System) in smartphones versnelde dit proces.
Hoewel het ontbreken van informatie over de fysieke locatie toebehorend aan een telefoon een probleem is dat vroeger met de vaste telefoon überhaupt niet bestond (een vaste telefoon gaat immers nergens naar toe), is het op zijn minst opzienbarend te noemen dat men dat ontstane gat ook weer spoedig heeft weten te vullen en mobiele telefoons inmiddels nauwkeuriger en zelfs preciezer aan een locatie gekoppeld kunnen zijn dan een vaste telefoon zonder gps.
Inmiddels worden via sites / apps als Facebook, massaal locaties gedeeld behorend bij een status update. Dit leidt volgens onderzoek mogelijk ook weer tot ontmoetingen van gebruikers die bijvoorbeeld zien dat een buitenlandse kennis in de buurt is.
Nieuwe toevoegingen aan de hardware van een mobiele telefoon geven nog meer context. Een kompas kan samen met gps en navigatiesoftware een all-in-one oplossing bieden voor het gemakkelijk en onbezorgd reizen van a naar b. Dit versterkt een effect wat in gang is gezet door de GPS nagivatiesystemen als TomTom, namelijk dat mensen minder tijd inplannen voor een reis naar een onbekende bestemming, omdat ze direct door de apparatuur worden geleid naar de juiste bestemming. Weer een gedragsverandering dus.
Een andere context- en waarnemingsversterkende technologie zijn de sensoren die hartslag, bloeddruk, snelheid, aantal stappen et cetera kunnen meten en communiceren aan de gebruiker die op die manier inzicht krijgt in bijvoorbeeld sportprestaties en successen kan delen met anderen.
Contextuele waarneming is misschien wel de grootste revolutie binnen de evolutie van de mobiele telefoon. Google Maps (en Android) sturen continu gegevens over jouw snelheid en locatie naar Google, die dat weer doorgeeft aan andere Google Maps gebruikers om die zo accurater te informeren over verkeersomstandigheden. We kunnen daarom strakker plannen, wat zoals eerder gezegd ook weer een gedragsverandering is.
De vele sensoren in een smartphone maken het als apparaat zo veel meer, maar vooral zo anders dan een desktop of laptop, dat applicaties bouwen voor deze apparaten een fundamenteel ander proces nodig hebben. Applicaties die gebruik maken van de vele krachtige sensoren van een smartphone, vereisen daarom A) gedetailleerd onderzoek naar de omgeving waarin ze gebruikt worden en B) hebben een langer test traject nodig. En met testen bedoel ik “in het veld” door echte gebruikers. Hoe een gebruiker zijn reis plant, waar een sportende gebruiker allemaal komt, waar de app vooral gebruikt wordt, welke sensoren gebruikt kunnen worden voor een nog betere gebruikerservaring, allemaal belangrijke gegevens die niet of nauwelijks naar voren zullen komen in een steeds herhaalde test in een afgebakende setting. Omdat het onmogelijk is om gebruikers voor langere tijd te observeren, is het daarom nodig op een nieuwe, meer dynamische manier de gebruiksvriendelijkheid en doeltreffendheid van een app te testen, in een vaak wisselende dynamische omgeving, niet vergelijkbaar met desktopapplicaties.
Samengevat kunnen we concluderen dat de smartphone in mogelijkheden, locatie en wijze van gebruik zo veel rijker en diverser is dan een PC of laptop, we een nieuwe manier moeten vinden om een complete, goed geteste en gebruiksvriendelijke app op de markt te zetten die “echt klopt”.
In toekomende blogposts wil ik terugkomen en dieper ingaan op wat deze vernieuwende manieren van evalueren dan zijn.
Deze blog post is geschreven door Arjan van der Laan en heeft als belangrijkste bron het boek Building Mobile Experiences.